De geschiedenis van de raffinaderij

Voor de eerste raffinaderij was ruwe olie al lang bekend. Soms kwam olie uit de grond gesijpeld, waardoor beekjes olie ontstonden. De Romeinen gebruikten de olie om licht te maken in het donker. In 1859 is in Pennsylvania voor het eerst naar olie geboord. De gevonden olie werd geraffineerd tot lampenolie. De zwaardere delen die overbleven, werden verkocht als stookolie of smeerolie. De lichtere, toen onbruikbare delen werden vooral afgefakkeld. Een plaatje van het affakkelen staat hieronder. 

Figuur 17. Het affakkelen van lichte koolwaterstoffen; Bron www.freefoto.com by Ian Britton

Toen vanaf 1885 de eerste motoren werden gebouwd kwam ook het lichtere deel van het destillaat in trek. Nu kan men niet meer zonder. In de Eerste Wereldoorlog verving de benzinemotor het paard als aandrijving van de legervoertuigen.

In 1925 bestond het productenpakket van een raffinaderij uit petroleum, kerosine, diverse brandstoffen, smeermiddelen en paraffinische was. De olieraffinage vond plaats in een destillatietoren, gevolgd door een zeer beperkte nabewerking. Hieronder is te zien hoe klein een raffinaderij in het begin was.

Figuur 18. Een antieke raffinaderij; Bron www.freefoto.com by Ian Britton

Een moderne olieraffinaderij levert tientallen producten; motorbrandstoffen, smeerolies, vliegtuigbenzine en allerlei grondstoffen voor de petrochemische industrie. Het aantal processen in een raffinaderij is in de loop der jaren steeds toegenomen om conversie optimaal in de raffinaderij te kunnen uitvoeren, binnen voortdurend scherpere economische en ecologische randvoorwaarden. Daarbij willen oliemaatschappijen de mogelijkheid hebben om gebruik te maken van een mix van ruwe olies om zo steeds een productenpakket te maken dat is afgestemd op de actuele marktvraag.

In de eerste helft van de vorige eeuw werden raffinaderijen nog vaak vlakbij een olieveld geplaatst. Sinds de jaren vijftig van de twintigste eeuw is de algemene trend echter om raffinaderijen te ontwikkelen in de nabijheid van de afnemers. 

Figuur 19. Destillatietorens; Bron: www.howstuffworks.com

Tussen 1948 en 1973 werd de kwaliteit van de producten veel beter. Tevens groeide het aantal onderdelen van een raffinaderij explosief. De grootte van een raffinaderij veranderde tussen 1948 en 1973 van maximaal 6.000 naar 30.000 ton olie per dag.

Sinds 1973 is de ruwe olieprijs enorm gestegen met een daling in de vraag van de producten ervan als gevolg. Vooral daalde de vraag naar brandstoffen voor de industrie. De olie werd door deze trend meer bewaard voor die producten, die niet kunnen worden vervangen door andere bronnen van energie. Auto’s en vliegtuigen bleven rijden op de gebruikelijke brandstoffen, maar in de industrie werd veelal overgeschakeld op steenkool of nucleaire energie. 

Tevens groeide het milieubewustzijn van de samenleving vanaf de jaren zeventig. Voor beperking in de uitstoot van schadelijke stoffen werd regelgeving opgesteld, waardoor de brandstof-, maar ook motortechnologie ingrijpend wijzigden. Als voorbeeld nemen we de invoer van katalysatoren die de uitstoot van enkele schadelijke gassen vermindert. Een katalysator vereist loodvrije benzine voor een goede werking, waardoor ook de brandstof aangepast moest worden.

De olieprijs heeft een grote variatie gekend in de afgelopen dertig jaar. In figuur 20 zijn enige voorspellingen aangegeven. Het valt op dat meermaals de voorspelling veel te hoog was. 

Figuur 20. De olieprijs van de afgelopen drie decennia en voorspellingen; Bron: NRC

Door naar het onderdeel ontwerp

Terug naar Bewerking